Camping de Frisse Wind 533 x 400
Carien Van der Marel Geen reacties

Wanneer ik mijmer over een boerencamping, dan denk ik aan rustig zomerweer, een knapperig broodje bij het ontbijt en verder vooral lekker onderuit in een stoel. In de ochtend zie je een haas wegschieten en ’s avonds hoor je de krekels. Ben ik een romanticus?

Boomgaard

“Een oud jampotje doet dienst als vaasje.”

Het is zomer in Nederland. Op zolder in de schuur vinden we een splinternieuwe tent. Kuno en de kinderen zetten hem op in de boomgaard. De broers slepen hun beddengoed de tent in, de zaklamp gaat in een ‘vakje’ en een tafeltje met stoelen prijkt al snel voor de deur. Een oud jampotje doet dienst als vaasje. In een mum van tijd hebben we onze eigen boerencamping, hoe idyllisch!

Fluitend

Zaterdagochtend loop ik om 06.45 uur naar buiten om de oudste wakker te maken. Hij steekt net zijn hoofd buiten de tent. “Hoi mam,” zegt een wel heel vrolijke Lucas. Ik maak hem nog vrolijker: “Je mag invallen bij de F1.” Opstaan is opeens geen enkel probleem. Lucas springt uit bed, loopt fluitend de camping over en gaat het huis binnen. Binnen no time staat hij klaar om te gaan voetballen.

“Al snel valt het doek voor camping de Frisse Wind.”

Frisse Wind

Die avond doen de jongens nog een poging om een nachtje te kamperen. Bliksem en donder gooien roet in het eten, gevaar moet je niet opzoeken. Om 21.00 uur haal ik ze toch maar uit de tent en na een paar nachtjes kamperen, valt het doek voor camping ‘de Frisse Wind’. Jammer, het was een romantische tijd.